PERSOONSKAART (Nederland)

 

 

Noot: Algemene informatie vindt u op deze handleiding persoonskaarten [PDF]. Daarnaast heeft het Centraal Bureau voor Genealogie informatiebladen [PDF] over de persoonskaart en persoonlijst gepubliceerd.

 

Wat betekent het als iemand de Nederlandse nationaliteit bezit op grond van "art. 1a wet 92"?

De ambtenaar die "art 1a" op de persoonkaart heeft aangetekend bedoelde daarmee het artikel 1 lid 1 sub a van de rijkswet op het Nederlanderschap en het ingezetenschap van 1892:
Art. 1 lid 1, Nederlanders door geboorte zijn:
a. het wettig, gewettigd of door de vader erkend natuurlijk kind, waarvan tijdens de geboorte de vader de staat van Nederlander bezit;
b. het wettig kind van een Nederlander geboren binnen 300 dagen na het overlijden van de vader;
c. het niet erkend onwettig kind waarvan tijdens de geboorte de moeder de staat van Nederlander bezit;
d. het niet erkend onwettig kind dat in het koninkrijk is geboren tenzij blijkt dat het de nationaliteit van een andere staat bezit.
Art. 1 lid 2 verwijst naar het eerste lid sub d: onder het koninkrijk wordt namelijk niet Nieuw-Guinea begrepen.
De wet van 1892 vervolgt dan met art 1bis; waarin het verkrijgen van Nederlanderschap op grond van adoptie wordt geregeld. De art. 2 t/m 8 regelen andere vormen van verkrijging (bijvoorbeeld naturalisatie) en het verlies van Nederlanderschap.
Overigens is de wet van 1892 in 1984 geheel vervangen door een nieuwe wet: een echt principiele verandering van verkrijging van het Nederlanderschap betekende dat echter niet. Verkrijging van Nederlanderschap door erkenning van een Nederlandse is thans alleen nog van belang voor minderjarige vreemdelingen. Als het kind uit een Nederlandse moeder geboren wordt heeft op die grond al de Nederlandse nationaliteit. Erkenning door een Nederlandse vader is dan niet meer van belang voor verkrijgen van het Nederlanderschap. In die zin heeft de oude bepaling uit de wet van 1892 nogal aan belang ingeboet.
Noot: "art 1a" bestaat eenvoudig weg niet. Bedoeld wordt zoals hierboven is aangegeven art 1 lid 1 sub a. Omdat dit nogal een lange formulering zou worden heeft men dit verkort tot "art 1a".

Antwoord van Pascal Servais / 31 mei 1999

 

Zie voor de volledige tekst van de Wet op het Nederlanderschap 1892 ook deze website.

 

Wat betekent het als in het vak nationaliteit staat "Ned overgangsbep wet 92"? [top]

Wet van 12 December 1892 - Overgangsbepaling:
Met uitzondering van hen, die in Nederlandsch-Indië ingevolge de wet van 2 September 1854 (Staatsblad nº. 129) als inlanders en met dezen gelijkgestelden worden beschouwd, zijn zij die op het tijdstip, waarop deze wet in werking treedt, den staat van Nederlander bezitten, Nederlanders in den zin van deze wet, totdat zij het Nederlanderschap volgens deze wet verliezen. Voor hen die op dat tijdstip hunne woonplaats hebben buiten het Rijk en zijne koloniën of bezittingen in andere werelddeelen, begint de termijn van tien jaren, bedoeld in artikel 7, sub 5
º., van genoemd tijdstip af te loopen.
Hij die op het tijdstip, waarop deze wet in werking treedt in het Rijk uit aldaar niet gevestigde ouders geboren en geen 24 jaren oud is, verkrijgt den staat van Nederlander door eene kennisgeving van zijn voornemen om in het Rijk te blijven wonen, te doen aan den burgemeester zijner woonplaats binnen het jaar na dat tijdstip, of, indien hij nog minderjarig is in den zin der Nederlandsche wet, binnen het jaar na zijne meerderjarigheid.
Ten aanzien van de vreemdelingen, die op het tijdstip waarop deze wet in werking treedt, voldaan hebben aan artikel 8 van het Burgerlijk Wetboek, blijft, wat de toepassing betreft van het burgerlijk recht, de gelijkstelling met Nederlanders gehandhaafd, zoolang zij hunne woonplaats in het Rijk behouden.

Wet van 12 december 1892  - 7. Nederlanderschap wordt verloren:
sub 5
º - Voor zooveel betreft Nederlanders buiten het Rijk, Nederlandsch-Indië, Suriname of Curaçao geboren, door, behalve terzake van 's Lands dienst, woonplaats te hebben buiten het Rijk, Nederlandsch-Indië, Suriname of Curaçao , gedurende tien achtereenvolgende jaren, tenzij of afwezig vóór het verstrijken van dien termijn aan den Burgemeester zijner laatste woonplaats in het Rijk of aan den voor ressort zijner laatste woonplaats in Nederlandsch-Indië, in Suriname of in Curaçao door Onzen Gouverneur-Generaal, onderscheidenlijk Onzen Gouverneur aangewezen ambtenaar of aan den Nederlandschen gezant of een Nederlandschen consulairen ambtenaar in het land, waar hij woont, kennis geve, dat hij Nederlander wenscht te blijven. Van den dag waarop die kennisgeving ontvangen is, begint de tienjarige termijn opnieuw te loopen.
Ten opzichte van minderjarigen begint de tienjarige termijn te loopen met den dag hunner meerderjarigheid in den zin der Nederlandsche wet. (Stb. 1901 n
º.38, a. 2; Stb. 1936 nº. 2, 3.)

Antwoord van Lia Kleinherenbrink (oorspr.: Johan Koetsier) / 24 juni 1999

 

Zie voor de volledige tekst van de Wet op het Nederlanderschap 1892 ook deze website.

 

Wat betekenen de letters "PB" gevolgd door enkele cijfers? [top]

De letters "PB" staan voor persoonsbewijs. Een persoonbewijs was een legitimatiebewijs dat in opdracht van de Duitse bezetter in de Tweede Wereldoorlog door iedere ingezetene bij zich moest worden gedragen ter legitimatie. Het nummer van het persoonbewijs werd door de gemeente aangetekend op de persoonskaart door de letters "PB" gevolgd door een volgnummer.
Zie voor informatie over persoonsbewijzen de Wazamar-site

 

Wat betekent "ca." achter een plaatsnaam? [top]

Dit is de afkorting van "cum annexis", letterlijk vertaald is dat 'met bijbehoren'. Een voorbeeld is Hoogeloon ca., dat staat voor 'Hoogeloon Hapert en Casteren'. Dat is niet zomaar een rijtje met wat dorpen in de omgeving, maar het was de lange gemeentenaam die feitelijk wordt afgekort.

 

Wat betekent "C+V 47" in vak 23?

De aantekeningen C +V 47 betekenen, dat de gegevens van de betrokken persoon zijn geControleerd bij de Volkstelling van 1947. Deze aantekeningen komen alleen voor op persoonskaarten van personen die in 1947 leefden.

Bijdrage van: Peter van Markus / 3 oktober 2000

 

Wat betekent "TD 186/6707" in vak 24?

Op veel persoonskaarten komt in vak 24 de aantekening DSK .... voor, dat wil zeggen: distributiestamkaart nr ..... Deze kaart is tijdens de oorlog ingevoerd toen levensmiddelen e.d. wegens schaarste niet meer vrij te koop waren. Deze kaart was fraudegevoelig en is vervangen door een nieuwe distributiekaart, de 2e kaart. Dit werd op de persoonskaart aangetekend als: TD186/6707.

Bijdrage van: Peter van Markus / 3 oktober 2000

 

Wat betekent de aanduiding "CBRbeschlSep43SGBiZa" in het vak met adresgegevens?

Het geheimschrift betekent: opname Centraal Bevolkingsregister, op dat moment zonder woon of verblijfplaats, Secretaris Generaal Binnenlandse zaken. Aldus Hans Ketting, sectie persoonskaarten CBG. Ik had hetzelfde probleem en heb het gevraagd.

Bijdrage van: Natascha Toonstra / 4 maart 2001

 

Aanduidingen begraafplaatsen Den Haag

Op de Haagse persoonskaarten kunnen tussen de kolom adressen en de aantekening betreffende het overlijden in potlood aantekeningen voorkomen over de plaats van begraven (niet verplicht):
B1 = Algem. begraafplaats Kerkhoflaan
B2 = Algem. begraafplaats Westduin
B3 = Begraafplaats Eik en Duinen
B4 = Begraafplaats Nieuw Eik en Duinen
B5 = RK begraafplaats Kerkhoflaan
B6 = RK begraafplaats St. Barbara
B7 = NH begraafplaats Loosduinen
B8 = RK begraafplaats St. Joseph Loosduinen
B9 = Crematorium Velsen (Driehuis)
B10 = Crematorium Nieuw Eik en Duinen
B11 = Crematorium Ockenburg
B12b en 12c = Crematorium Eikelenburg Rijswijk 

Bijdrage van: Peter van Markus / 29 mei 2000

 

Hoe kunnen er namen voorkomen op de kaart, die qua schrijfwijze afwijken van de gebruikelijke namen? [top]

De inschrijving in het geboorteregister is vanaf 1811 bepalend voor de naam en schrijfwijze van die naam, ook voor wat betreft de voornaam. Dit kan alleen via de rechter aangevochten worden als men het er niet mee eens is; soms komt men daar pas jaren later achter.

Antwoord van: Leo Suverein / 9 juni 1999

Na het in gebuik nemen van het trouwboekje, circa 1938, kon dit eigenlijk niet meer plaatsvinden.

Antwoord van: Bert van den Brandt / 10 juni 1999

Op grond van de huidige wet kunnen kennelijke schrijf of spel fouten ambtshalve door de ambtenaar van de burgerlijke stand worden verbeterd (art. 24a lid 2 Boek 1 BurgerlijkWetboek); kennelijke misslagen kunnen worden verbeterd met toestemming van de officier van justitie (art. 24a lid 1 Boek 1 BW).

Antwoord van: Agnes Balhuizen / 10 juni 1999

 

Kan ik ergens informatie vinden over hoe de persoonskaarten moesten worden ingevuld? [top]

De voorschriften zoals die golden voor de invulling van de persoonskaarten zijn grotendeels terug te vinden in het boekje Leidraad voor het invullen van Persoonskaarten, een uitgave van VUGA in Den Haag. Hierin is ook een en ander te vinden van de vakken die worden afgedekt als uittreksels van de persoonskaart worden verstrekt.

 

Ik heb een persoonskaart uit 1937, hoe kan dat? [top]

Wettelijk werd de persoonskaart ingevoerd per 10 augustus 1938, en de startdatum was op 1 oktober dat jaar. Maar voor die tijd is er op verschillende plaatsen al een proefterrein geweest, zodat er een beperkt aantal persoonskaarten van voor de invoeringsdatum aanwezig zijn. Van enkele Limburgse plaatsen is dit bijvoorbeeld al vanaf 1930 (!) het geval, zodat daar al persoonskaarten van ruim zeven jaren voordat de kaart officieel werd ingevoerd beschikbaar kunnen zijn.

 

Van een persoon die is overleden is geen persoonskaart, hoe kan dat? [top]

Voor oktober 1938 zijn er geen persoonskaarten aangemaakt, behalve in enkele proefgemeenten (zie de vraag hiervoor). Vanaf oktober zijn de gemeenten begonnen met de aanmaak van de kaarten voor alle inwoners, die op 1 januari 1940 moest zijn voltooid. Zodoende is op voorhand niet te zeggen of van iemand die in de periode tussen oktober 1938 en 1 januari 1940 is overleden een kaart is aangemaakt v��r zijn of haar overlijden. Ook zijn er persoonskaarten verdwenen van personen die ten tijde van de Tweede Wereldoorlog zijn overleden.

 

Waar kan ik de persoonkaart vinden van de mensen die naar het buitenland zijn vertrokken? [top]

De dienst die de persoonskaarten van geëmigreerden bewaard heet Bureau Vestigingsregister en zit in het gemeentehuis van Den Haag. Het telefoonnummer is (070) 353 31 77. Voorjaar 1999 kostte een kopie van een persoonskaart ƒ 7,05.

Antwoord van: Piebe Belgraver / 23 september 1999

Kopie�n dienen schriftelijk te worden aangevraagd bij:

Gemeente Den Haag
DBZ / Vestigingsregister
Postbus 12620
2500 DL  DEN HAAG

Aanvullende informatie van het Vestigingsregister (bronvermelding verwijderd op verzoek van de persoon die deze informatie heeft gepost in de nieuwsgroep op 8 mei 2002)

"Per 1 september 2001 is er wetswijziging in werking getreden, waardoor de privacybescherming tot scherpere regels heeft geleid. Een van de elementen daarbij is dat voortaan alleen nog met toestemming van betrokkene zelf informatie uit het bevolkings- en Vestigingsregister mag worden verstrekt aan natuurlijke personen (d.w.z. geen overheidsinstanties e.d.). Een afgedekte kopie van een persoonskaart kan slechts aan een derde worden verstrekt wanneer een overlijden kan worden aangetoond, of als logischerwijs kan worden aangenomen dat betrokkene reeds is overleden (indien de leeftijd honderd jaar of ouder zou zijn). Pas als betrokkene langer dan twintig jaar geleden is overleden, worden er meer gegevens vrijgegeven waaronder adressen."